Sluiten

Dierenmishandeling en -verwaarlozing

De meeste mensen houden van hun huisdier en zorgen er goed voor. Maar helaas gaat het ook wel eens mis. Soms zorgen mensen niet goed genoeg, of zelfs erg slecht, voor hun dier. Met dierenleed als gevolg: het dier heeft stress, wordt ziek of gaat zelfs dood… Ook zijn er mensen die hun dieren mishandelen. Ze schoppen of slaan hun dier, waardoor het gewond raakt. Het dierenwelzijn komt in de knel.

Wat is dierenwelzijn?

Als je wilt weten wat dierenmishandeling is, moet je eerst weten wat dierenwelzijn is. Als er sprake is van dierenwelzijn, dan voelt een dier zich lichamelijk en geestelijk goed. Een dier voelt zich het best als het zich op een natuurlijke manier kan gedragen en als het geen voortdurende stress, pijn of angst heeft en geen honger of dorst heeft. In dat geval spreek je van voldoende dierenwelzijn. Als een dier het minder goed heeft, dan wordt zijn welzijn dus minder.

Elke diersoort heeft zijn eigen natuurlijke gedrag. Kippen willen scharrelen, koeien moeten kunnen herkauwen, varkens hebben ruimte en een prettige groep nodig, honden houden van wandelen en snuffelen, papegaaien en konijnen willen met soortgenoten leven. Daar moet je dus rekening mee houden als je zo’n dier hebt.

Wat je dieren te eten geeft, hoe je ze verzorgt, hoe je ze houdt en hoe je ze behandelt: het doet iets met hun welzijn. Mensen zijn verantwoordelijk voor het welzijn van hun huisdieren, omdat zij de enigen zijn die ervoor kunnen zorgen hun dieren het goed hebben.

Wat is dierenmishandeling en -verwaarlozing?

Het dierenwelzijn is helemaal in orde als dieren:

  1. zich natuurlijk kunnen gedragen,
  2. geen dorst, honger en verkeerde voeding hebben,
  3. geen lichamelijke ongemakken hebben,
  4. geen pijn, verwondingen en ziektes hebben,
  5. geen angst en aanhoudende stress hebben.

Als je voor een of meer van deze vijf punten niet goed zorgt, is het dierenwelzijn minder goed. We spreken van mishandeling of verwaarlozing als dat op een manier gebeurt die echt niet meer kan. Voorbeelden hiervan zijn het slaan of schoppen van dieren, het niet laten behandelen van zieke of gewonde dieren of dieren geen voedsel of water geven.

Wat staat er in de wet?

Je mag dieren niet mishandelen of verwaarlozen. Dat staat in de ‘Wet dieren’.
Er staat dat het verboden is om zomaar, zonder goede reden, een dier pijn te doen, te verwonden of zijn gezondheid of welzijn te beschadigen. Verder is iedereen verplicht om dieren in nood te helpen en te verzorgen.
En er staat ook dat je dieren waar je voor moet zorgen niet mag verwaarlozen, door ze niet de zorg te geven die ze nodig hebben.


Er is ook nog een 'Besluit houders van dieren'. Daarin staan nog meer regels. Bijvoorbeeld dat je een hond geen halsband met elektrische stroom mag geven en ook geen band met scherpe pinnen aan de binnenkant. Je mag een dier ook niet dumpen. Ook is het verboden om je door een dier te laten voorttrekken of erop te gaan rijden als dat dier daarvoor niet geschikt is of als hij niet sterk genoeg is.
En je mag honden, katten en ganzen niet zelf doodmaken. Binnenkort gaat de wet veranderen en dan staat er dat je geen enkel zoogdier zelf mag doden.

Hoe vaak komt dierenmishandeling voor in Nederland?

We weten niet precies hoe vaak dierenmishandeling en verwaarlozing voorkomt. Geschat wordt dat het toch wel zo’n 200.000 keer per jaar gebeurt. Heel veel daarvan gebeurt zonder dat we ervan weten. In een paar duizend gevallen kan de politie of of de Landelijke Inspectiedienst Dierenwelzijn er iets aan doen.

Te weinig kennis

Veel dierenleed komt doordat mensen te weinig weten over hun huisdier. Daardoor weten ze niet goed hoe ze het dier moeten verzorgen. Misschien zou je denken dat dit vaak gebeurt bij bijzondere dieren die uit tropische gebieden komen. Deze dieren hebben vaak behoefte aan een speciale temperatuur, vochtigheid, huisvesting, voeding en verzorging. Maar juist ook over ‘gewone’ huisdieren, zoals honden of katten, weten mensen vaak te weinig. Met als gevolg dat zij hun dieren niet behandelen zoals het hoort. De meeste problemen komen voor bij honden, katten, paarden en pony's, vogels en konijnen.

Om onnodig dierenleed te voorkomen wil het LICG iets doen aan het gebrek aan kennis over huisdieren. Daarom maken wij informatie voor mensen die een huisdier willen kopen. Daarin staat alles wat ze moeten weten om dat dier zo goed mogelijk te kunnen houden en verzorgen. Je vindt die informatie in onze ‘huisdierenbijsluiters’, een soort gebruiksaanwijzing voor huisdieren. Daarin staat precies wat er allemaal bij de verzorging van zo’n dier komt kijken. Als je dat allemaal weet, kun je een betere beslissing nemen. Misschien besluit je dan wel om helemaal geen dier te nemen. Of een ander dier, waar je beter voor kunt zorgen. Dat voorkomt een heleboel ellende voor mens en dier! In onze spreekbeurten op de kids website vind je informatie voor kinderen.

Wie doen er iets tegen dierenmishandeling?

In ons land zijn er verschillende organisaties die optreden tegen dierenmishandeling.

Politie

In de eerste plaats is er de politie. Er zijn agenten die extra veel weten over dierenwelzijn en dierenmishandeling.

De politie werkt samen met de Landelijke Inspectiedienst Dierenwelzijn (LID) en met de NVWA: de Nederlandse Voedsel en WarenAutoriteit.

De LID komt in actie als het gaat om huisdieren (honden, katten enzovoorts) en hobbydieren (zoals geiten, schapen, paarden of pony’s). De NVWA controleert het welzijn van dieren waar in een bedrijf geld mee wordt verdiend (koeien, varkens, kippen enzovoorts). 

Landelijke Inspectiedienst Dierenwelzijn (LID)

De inspecteurs van de LID gaan op pad als er een melding over dierenmishandeling of verwaarlozing is binnengekomen. Ze kijken dan of er echt iets mis is en of ze moeten ingrijpen. Ook gaan inspecteurs regelmatig kijken op plaatsen waar veel dieren worden gehouden of verkocht. Denk maar aan veemarkten, dierenwinkels, dierenfokkers of dierenpensions.

Bij de LID werken districtsinspecteurs. Ze mogen bekeuringen geven en zo nodig zelfs dieren bij hun eigenaar weghalen. Natuurlijk doen ze dat niet zomaar. Eerst probeert een inspecteur afspraken te maken met de eigenaar om het beter te doen. Pas als dat echt niet lukt kan hij dieren in veiligheid brengen.

Nederlandse Voedsel en WarenAutoriteit (NVWA)

De NVWA controleert niet alleen dierenwelzijn als het gaat om dieren die in een bedrijf worden gehouden, maar controleert ook de regels voor voedselveiligheid en natuurbescherming.

Dierenmishandeling melden

Als je ziet dat dieren worden mishandeld of verwaarloosd, ben je verplicht om dat te melden.

Meldnummer dierenmishandeling: telefoonnummer 144

Op dit landelijke meldpunt kun je dierenmishandeling of –verwaarlozing melden. Vraag je ouders om dit te doen. Om de melding zo goed mogelijk te kunnen opschrijven, moeten je ouders meer kunnen vertellen over:
- het (de) dier(en) waar het om gaat;
- de plek waar het is gebeurd;
- wat ze hebben gezien;
- zichzelf, dus naam, adres en telefoonnummer.

Voor de veiligheid van de melder zal de inspectiedienst nooit aan iemand anders vertellen wie de melding heeft gedaan.

Je kunt ook een melding doen via een formulier op het internet.

Meldpunt 144 is van maandag t/m zaterdag tussen 08.00 uur en 18.30 uur te bereiken en op zondag van 09.30 uur tot 18.30 uur. Wil je iets melden buiten deze tijden of is telefoonnummer 144 om technische redenen niet bereikbaar? Bel dan de politie via het landelijke nummer 0900-8844 of voor spoed 112.

Ook als er heel veel haast bij is mag je het algemene alarmnummer 112 bellen.

Wat gebeurt er met de melding?

Meldingen over huisdieren worden behandeld door de politie of iemand van de LID. Is de situatie heel ernstig, dan kan de inspecteur een bekeuring geven of zelfs dieren in beslag nemen. Meldingen worden genoteerd in de computer en daar bewaard. Na afloop kun je navragen of er iets met de melding is gedaan, Je krijgt dan alleen te horen of je melding terecht was maar niet precies wat er is gedaan. Dat mag niet vanwege de privacy.

Meldingen over dieren in een bedrijf, zoals boerderijdieren, worden behandeld door de NVWA.